Je bent niet ingelogd. Log in of registreer je

In my end is my beginning.

Ga naar beneden  Bericht [Pagina 1 van 1]

1In my end is my beginning. Empty In my end is my beginning. wo 21 jun - 11:02

Kai

Kai
VIP

“Peace exists. It lives in everything we hold dear.”


Een vermoeide, maar voldane, zucht vormde zich in de verjaarde luchtpijp van Kai, waarna het de wereld werd in gelaten. De oude botten in haar lijf kraakten bij iedere stap die ze nam, maar dat weerhield haar er niet van om door te gaan. In tegendeel zelfs, het schonk haar juist de kracht die ze nodig had om haar rustplaats te vinden. Haar laatste rustplaats. De bejaarde merrie zou het lot in eigen handen nemen en zelf kiezen wanneer het tijd was om te gaan. En bovendien, waar ze zou gaan, dat had ze altijd zo gewild en voor ogen gehouden.

Decennia lang had haar zilverachtige, spierwitte lichaam deze aardbodem bewandeld. Ze had haat, verraad, verlies en dood gekend, maar vooral liefde – oh, zoveel liefde. Haar hart had altijd voor degenen geklopt die haar het meest dierbaar waren; Saronse, haar beste vriend, en Ravena, haar geliefde zuster. Ondanks dat ze hen beiden al in geen jaren had gezien, was de liefde die het kleine merrietje voor hen voelde nooit minder geworden, enkel sterker. Oh, wat ze er toch voor over zou hebben om hen nog een laatste keer in de ogen te kunnen kijken, om nog één keer de warmte van hun zachte vachten tegen het hare te mogen voelen strelen. Kai sloot haar diepblauwe kijkers, terugdenkend aan de vele herinneringen die ze met hen deelde.


“Dit viel dus op mijn hoofd. Volgens mij is het een prachtige edelsteen dat al een lange tijd vast zat in de ijsberg. Je mag het hebben.” Kai keek naar het glimmende ding in Saronse’s mond, het was een prachtige diamant. '”Wauw, het is prachtig! Dank je, dat ik het mag hebben, het is echt heel lief van je.” antwoordde de Arabische merrie. Haar diepblauwe ogen waren nog steeds gericht op de prachtige edelsteen. Plotseling kwam er iets in de merrie op. Eigenlijk kende ze Saronse pas twee dagen of zo, maar het voelde of ze hem al jaren kende. Dat was vreemd, maar Kai voelde zich op haar gemak en veilig bij hem. Hij voelde als een echte vriend voor haar. Een vriend die haar niet zomaar in de steek liet – een trouwe vriend. Iets wat altijd al had ontbroken in Kai’s leven; een vriend die haar niet in de steek zou laten.

Een kleine glimlach sierde de zwarte lippen van de oude merrie, terwijl ze de diamanten edelsteen in haar manen voelde dansen op het ritme van een langs strijkende bries. Ze had hem al die tijd dicht met haar meegedragen, had hem dicht bij haar hart gehouden, zowel Saronse als de diamant.

“Kai…” Een stem fluisterde haar naam. Kai kende de stem maar al te goed. Vliegensvlug draaide de witte merrie zich om. Er was niemand waarvan Kai meer hield dan van haar anderhalf jaar oudere zus, Ravena. “Ravena..” Als een fluistering kwam dat ene woord eruit. Een woord dat ze al miljoenen keren in haar leven hardop had uitgesproken. Het kleine merrietje wilde de schimmel wel om de hals vliegen, haar diep in de ogen aankijkend, antwoordde ze, “Ik heb jou ook gemist, Raafje.”

Warme gevoelens stroomden door haar verkalkende aderen als vloeibaar koper bij de gedachte aan eerste weerzien met haar dierbare zus. Ravena en Saronse hadden haar beide levend laten voelen. Hadden haar zo vaak van de dood weten te redden, zowel fysiek als mentaal. En daarvoor was Kai hen tot in de eeuwigheid dankbaar voor. Ze waren er voor haar geweest op de momenten dat ze het allemaal niet meer zag zitten. Ze hadden haar iedere keer weer bij de afgrond vandaan gehaald, haar nieuwe hoop gevend op een betere toekomst. En of ze daar in geslaagd waren, na tientallen jaren gelukkig bestaan te hebben was Kai er nog steeds.

“Je moest eens weten hoe blij ik nu ben.” klonk de stem van Saronse. Zijn stem bijna fluisterend, onhoorbaar voor buitenstaanders. De kleine, gehavende merrie trok haar hoofd van de grond om hem in de ogen te kunnen kijken. Zijn ogen hadden een ijsblauwe kleur, de kleur van het Hoge Noorden. De plek die Kai het liefst het vermeed, maar bij Saronse deden zijn ogen haar niet denken aan sneeuw of kou. Nee, ze brachten haar naar een heerlijke rust plek waar iedereen in harmonie met elkaar leefden. De hengst naast haar had een hele speciale gave. Al vanaf het begin had ze zich er door aangetrokken gevoeld. “En jij moet eens weten hoe gelukkig ik nu op de een of andere manier ben, ondanks alles.” Haar stem was prachtig, ondanks haar lichaam die total-loss was. De grote gespierde hengst nam haar in een stevige omhelzende greep. Kai sloot haar ogen en genoot stilletjes van het moment. “Kai, je bent geen blok aan ons been. Jij bent degene die mijn dag steeds goedmaak. Steeds als ik je zie. Je maakt mijn leven zoveel mooier. Je straalt de levenslust uit. Jij hebt een gave, Kai. En ik beloof je dat ik je niet meer in de steek zal laten. Ik zal er nu en altijd zijn, wat er ook gebeurt.” Zijn stem kwam zangerig aan in haar oren, de toon waarop hij het had gezegd was waarschijnlijk anders geweest dan Kai het zich verbeeldde. “Jullie zijn het beste wat me ooit is overkomen. Ik zou niet zonder jullie kunnen leven. Jullie zijn als de zon en maan voor mij.” antwoordde ze, haar stem kwam krachtiger over dan ooit.

De glimlach op haar gelaat groeide. Het was nu waarschijnlijk wel duidelijk, maar Saronse en Ravena waren – en bleven – de twee meest belangrijke personen op aarde voor haar. Met beide deelde ze een band die emotioneel gezien tot op celniveau reikte. Van beide paarden hield ze evenveel, zielsveel. En toch, haar liefde voor Saronse was anders dan die ze voor Ravena voelde. Zij was Kai’s bloedverwant, haar zus; Saronse was haar beste vriend, haar rots in de branding, en misschien zelfs wel haar zielsverwant. Op wat voor manier hij dat van haar was, durfde ze niet te zeggen, maar dat ze een speciale band hadden viel niet te ontkennen.

Onmiddellijk kwam de blinde, witte merrie abrupt tot stilstand en spitste haar beide oortjes. Aandachtig luisterde ze naar de geruststellende hartslag van een soortgenoot. Ze draaide haar edele hoofdje in de richting van de hartslag. Haar blauwe ogen leken te zoeken naar iets zoals een vorm, of misschien een gezicht, maar vonden enkel duisternis. Kai zuchtte moe, ze was het zat om blind te zijn, niet in staat te kunnen zijn om de soortgenoot in haar omgeving te kunnen waarnemen. Haar brein focuste zich op de geur die het paard met zich meebracht. Geschrokken stopte haar ademhaling. Kon het echt waar zijn? Was het echt hém? Nog voor ze antwoord kon geven, sprak zijn oh-zo-vertrouwde stem. “Ik ben het, Kai… Saronse.” De merrie kon haar oren zowat niet geloven, maar zijn warme stem loog niet. Meer dan een geluid, dat op het piepen van een muis leek, was het enige wat ze op dat moment uit haar keel kreeg. Haar oren luisterden nauwlettend naar de stappen die zijn lichaam zette. Zonder protesteren liet ze zich tegen zijn sterke, warme lijf drukken. Ook toen de omhelzing zo stevig werd dat ze amper lucht kon halen protesteerde ze niet. Waarom zou ze ook? Ze had zojuist haar beste vriend weer gevonden. Alles zou nu goed komen, blind of niet blind, want hij was bij haar. Kai zuchtte diep, maar dit keer van opluchting. “Kai…” kwam er zuchtend van zijn kant vandaan. Tranen van geluk prikten achter haar oogkassen, maar rolden al snel ongeremd over haar witte wangen. Ze begroef haar gezicht diep in zijn lange manen. “Oh, Saronse…” fluisterde haar stem hees. Geluk overstroomde haar beschadigde hart, bracht weer een beetje licht in de duisternis die haar voor de afgelopen weken had geteisterd. “Saronse… Ik heb je zo gemist. Het was bijna ondragelijk om niet in je buurt te kunnen zijn.” Op dit moment vond ze het niet eens zo erg meer om blind te zijn; ze kon wel voor eeuwig zo blijven staan in de omhelzing van haar beste vriend.

De bonte hengst had Kai haar zicht teruggegeven. And more, hij had haar emoties laten voelen die ze in geen jaren meer voor hem had ervaren. Liefde. Niet de platonische versie daarvan, die was ze immers nooit uit het oog verloren, maar de romantische versie ervan. Ook al had ze nooit een duidelijk antwoord teruggekregen van zijn kant, Kai was nooit meer gestopt met van hem te houden op die manier. En ze zou ook nooit meer stoppen met van hem te houden; Saronse was rotsvast met haar ziel verweven, tot in de eeuwigheid.

Dit heerlijke gevoel, dat door haar aderen stroomde als een warme vloeistof, bijna alsof haar lichaam nooit anders had gekend en ook niet meer zonder kon. “Ik heb heel veel aan jou, Kai.” Een glimlach vormde zich op haar gelaat bij zijn woorden. Het deed haar goed om te horen dat hij haar dus toch niet compleet als nutteloos beschouwde nu ze haar blauwe ogen niet bruikbaar waren. “Dat betekend heel veel voor mij, vooral nu. Dankjewel voor alles, Saronse. Ik kan me geen betere vriend wensen.” fluisterde haar hoge stem, bijna trillend van de vele emoties die erin lagen verborgen. Onbewust zette haar smalle, kleine lijf een stap naar voren, waarna ze haar zachte snuit weer tegen de zijne drukte.

Naarmate de tijd voorbij streek, naderde Kai haar eindbestemming. Het Zilveren Meer. Dit zou haar laatste rustplaats worden. De plek waar ze eindelijk vrede zou vinden. De schittering van het kraakheldere water kwam haar als een aangename verassing tegemoet. Ze verwelkomde het met open armen –figuurlijk gezien dan. Stap voor stap kwam Kai dichterbij haar naderende einde. Eenmaal aangekomen bij de oever van het zilverkleurige meer, slaakte de oude ziel een diepe zucht, waarna ze haar lijf in het mos legde. Lichamelijk gezien was ze op. Haar geest was klaar met het leven op deze planeet en klaar voor een nieuw avontuur in het leven dat hierna zou volgen. De eeuwigheid wachtte met smart op haar komst. Ze voelde de adem van de dood in haar nek hijgen, warm en angstaanjagend als die was, ze liet zich er niet door afschrikken. De kleine merrie vocht niet langer, daar was ze lange tijd geleden al mee gestopt. Haar witte, edele hoofd werd op het zachte gras gelegd.

“In my end is my beginning.”

Voor een laatste keer aanschouwden haar diepblauwe, lapis-lazuli ogen de pracht van deze aardbol, voordat ze voorgoed gesloten werden. De borstkas van de Arabische merrie rees een laatste keer, haar longen de kans gevend om de laatste zuurstof eruit te persen – vaarwel te zeggen. Met het verlaten van de zuurstof uit haar lijf, stopte ook haar hart met pompen en haar brein met functioneren. Een laatste zucht volgde, waarna Kai voorgoed naar de eeuwige, groene weides was vertrokken. She found peace.


“That is the promise of peace, that one day after a long life, we find each other again.”


Vaarwel, Dream Horses.

http://coconutts.deviantart.com/

Terug naar boven  Bericht [Pagina 1 van 1]

Permissies van dit forum:
Je mag geen reacties plaatsen in dit subforum